Officieel heet het “anti-parkeerpaaltje” maar wie gebruikt dat woord? In veel gemeenten zijn ze te vinden maar de paaltjes hebben hun oorsprong in Amsterdam waar ze langs de grachten werden geplaatst om het parkeren tegen te gaan. Vandaar dat ze in de volksmond “Amsterdammertjes” worden genoemd, zelfs in Rotterdam. Een paaltje weegt ongeveer 20 kilo, van de totale lengte van 1 meter steekt ongeveer 75 centimeter boven de grond uit.
In Amsterdam zijn de paaltjes roodbruin geverfd en op het bovenste gedeelte is een deel van het stadswapen te zien (3 Andreaskruisen boven elkaar). Dit idee is door diverse gemeenten overgenomen waardoor de herkomst van de paaltjes gemakkelijk is te achterhalen. In Leiden bijvoorbeeld zijn de paaltjes voorzien van twee sleutels.
In Rotterdam vond men het kennelijk niet interessant genoeg om het stadswapen op de paaltjes aan te brengen. De Amsterdammertjes kregen in de Maasstad een groene kleur, waarschijnlijk omdat die kleur in het stadswapen voorkomt, maar verder bleven de paaltjes kaal.
Ook Pendrecht is rijkelijk bedeeld met dit opvallende straatmeubilair. Maar in de Dinteloordstraat staan twee paaltjes waarop wèl een stadswapen staat! Het is heel duidelijk een ooievaar dus dit exemplaar komt uit Den Haag. Maar het paaltje is wel geverfd in de Rotterdamse groene kleur.
Rest nog de vraag hoe deze “Hagenezen” in Pendrecht terecht zijn gekomen. Toch wel opmerkelijk: een Haags Amsterdammertje in Rotterdam.