Ze is archeologe en let op de kleine woordjes. Eén taal in Europa is voor haar niet aan de orde. Dat zou betekenen dat je geen wetten meer kunt maken en dat de eenvoudige boer uit Kreta, die al moeite heeft met Grieks, helemaal niet meer mee kan doen.
Zij zorgt ervoor dat er op 2 juni, wanneer de kinderen het Europese parlement bezoeken, ook iemand van de tolken dienst is. Een heel belangrijke voorziening in de sfeer van het Europese Parlement. Alle voorstellen verschijnen op naam van degene, die het voorstel gedaan heeft in alle talen, die er in de landen van het Europese Parlement gesproken worden. De vergaderingen worden ook allemaal ‘getolkt’ in het Fins, Lets, Litouws, Ests, Deens, Zweeds, Hongaars, Maltees en noem maar op.
Ook Françoise Petit kan er over meepraten. Zij kan gebeld worden en ineens van het Nederlands overschakelen in Duits, Frans, Engels of het niks is. En ook in het Spaans en Italiaans kan ze zich verstaanbaar maken.