Joop Hofman (geen familie van Bien overigens) werkt in het oosten van het land en heeft vooral in Deventer naam gemaakt met de ontdekking van allerlei middelen om straten te versterken zelf de handen uit de mouwen te steken. Een tot de verbeelding sprekend voorbeeld is de Rivierenbuurt in de koekstad.
Joop heeft veel materiaal uit de start van Opzoomeren als beweging verzameld. Tijdens de tweede trainingsbijeenkomst van de Opzoomer Academy trad hij op als docent en trok daarvoor een suppoostenjasje aan en voerde de 18 cursisten langs alle middelen die er in Nederland gebruikt worden om straten te versterken. “In dit museum mag je alle dingen aanraken!”, was zijn eerste zin.
Rotterdam is volgens Joop de bakermat van deze beweging. De start vond plaat op 28 mei 1994 toen Rotterdam haar eerste grote Opzoomerdag had. Dus hij toonde Oppie, Cornelis Opzoomer, de naamgever aan de Opzoomerstraat, die in de 19e eeuw als professor al schreef over nabuurschap en de samenwerking tussen bewoners op het niveau van de straat.
Een ander belangrijk moment was volgens Joop de stap die opbouwwerker op een gegeven moment naar buiten, de straat op, zetten. Vanachter de vergadertafel en het kantoor de straat in. Onder de kaasstolp toonde hij de straatsteen die het eerst door een opbouwwerkersschoen aangeraakt werd. Een revolutionair moment volgens Hofman. De vergadercultuur, waar veel bewoners het land hebben, werd ook door de opbouwwerkers op een zijspoor gezet. In de les bleek dat wel een steeds terugkerende strijd van opbouwwerkers.
Maar de straten zijn er door Opzoomeren veel leuker op geworden en vindt in allerlei steden, zelfs in Antwerpen en Kopenhagen, maar vooral in het Nederland navolging. Er zijn caravans, keetjes speciale autootjes en allerlei vormen van opsiermateriaal de straat ingekomen.
Bewoners en hun ondersteuners ontdekken ermee kwaliteiten bij elkaar, die je met vergaderen nooit uit de verf ziet komen. Als men al naar een vergadering zou komen.