Het Kerstverhaal van Pendrecht
door: prof. Pieter Tops (Universiteit van Tilburg), Willem Giezeman (adviseur Stedelijke Vernieuwing) en Eefke Cornelissen (Universiteit van Tilburg)
Dames en heren,
We staan hier met z’n drieen omdat wij betrokken zijn bij wat er hier in Pendrecht gebeurd. Dat doen we vanuit wat we zelf een “Maatschappij voor Vitale coalities’ noemen; daar speelt de universiteit van Tilburg een rol in, maar ook andere organisaties. We proberen om in steden initiatieven te ondersteunen die er echt toe doen, die levendig en vitaal zijn.
Zo zijn we ook met mensen in Pendrecht in aanraking gekomen, via Dominic Schrijer. Op een van die bijeenkomsten ontstond het idee om in Pendrecht de grootste kerstboom van Rotterdam neer te zetten. Meteen kwam er groot enthousiasme en sindsdien hebben we met grote bewondering gezien hoe dit idee door een heleboel mensen is opgepikt en is gemaakt tot wat het nu is: een fantastisch symbool van de kansen en de kracht van Pendrecht.
Een paar weken geleden hadden wij een gesprek met Bien, Gerard en Baby. Ze vertelden ongelooflijk aanstekelijk over wat ze allemaal aan het doen waren, over het programma voor deze dag, we waren echt onder de indruk. En ja, zo luidde hun vraag, “we willen graag dat jullie ook iets doen op die vrijdag”. Dat overviel ons wel een beetje, maar we waren zo aangestoken door dat enthousiasme, en door de kwaliteit van wat ze deden, dat we geen nee konden en ook niet wilden zeggen.
Dus wij zegden toe, maar we zaten ook wel een beetje met de handen in ons haar. Want wij kunnen niet zo heel veel. We kunnen niet zingen, we spelen geen instrument, we kunnen niet toneelspelen – althans niet professioneel -. Ja, we kunnen lezen en schrijven maar Bien had ons een ding op het hart gedrukt: “je mag geen toespraak houden” (en Bien kan dat zeggen op een manier dat geen haar op je hoofd er dan aan denkt om dat wel te doen).
Daar zaten we dus. Tot Eefke met het idee kwam: we kunnen misschien wel een verhaal vertellen. Zou kunnen. Welk verhaal. Het Kerstverhaal natuurlijk. Want dat is wat er nu gebeurt in Pendrecht; het is een soort modern Kerstverhaal. Daar moesten we nog eens even over nadenken. Willem hier naast me, die vond het niks, dus die moesten we erg overtuigen. Maar hij staat hier. En hij heeft meegedaan.
En toen we deze week in de krant lazen, dat meer dan 1/3 van de Nederlanders niet weet wat het Kerstverhaal inhoudt, toen wisten we het zeker: dat moeten we doen. Vandaar dat ik u nu mag gaan voorlezen: Het Kerstverhaal van Pendrecht.
“Het was in de tijd van koning Opstelten. Die liet in zijn koninkrijk een volkstelling houden, door het Centrum voor Onderzoek en Statistiek. De telling wees uit dat het aantal vreemden in de komende jaren drastisch zou toenemen, terwijl het volk van de koning massaal zou wegtrekken uit zijn koninkrijk.
Toen dat bekend werd ontstond er een heftige discussie in het land van Koning Opstelten. Een van de stadhouders van de koning voerde de discussie aan. Iedereen bemoeide zich ermee. En Koning Opstelten vroeg aan Keizer Balkenende toestemming om de poorten van zijn stad voor enige tijd te mogen sluiten. “Is er voor ons dan nog wel een plaats in de herbergen van de stad”, zo vroegen velen zich bevreesd af.
Ondertussen, ergens in het koninkrijk van Koning Opstelten – in het deel dat ze Pendrecht noemen – , zijn een paar mensen hard aan het werken. Ze hebben onderdak gevonden, niet in een stal, maar in een buurthuis. Het zijn Bien, Gerard en hun Baby, misschien niet meer zo pasgeboren, maar nog wel jong van geest. Ze willen laten zien dat het in hun wijk helemaal zo slecht niet is. Er is veel aan de hand, maar er gebeuren ook veel goede dingen. Samen met de andere inwoners willen ze dat duidelijk maken. In het buurthuis van Pendrecht is plaats voor iedereen van goede wil!
Plotseling wordt het heel licht. Dat licht komt van een aartsengel, en die engel heet niet Gabriel maar Dominic. “Wees maar niet bang”, zegt de aartsengel, “ik kom jullie een blijde boodschap vertellen”. Voor een keer kunnen Bien, Gerard en hun Baby geen woord uitbrengen; zij zijn met stomheid geslagen en luisteren naar de engel. “Het is nu winter en heel koud, maar er kan iets bijzonders gebeuren in Pendrecht. Jullie zijn uitverkoren om dat te zoeken, bij jezelf en bij de andere inwoners van de wijk.”
Bien, Gerard en hun Baby gaan op zoektocht. Ze weten niet goed waar te kijken, want dat heeft de Engel er niet bij verteld. En toch vinden ze iets heel bijzonders: wij gaan de grootste kerstboom van het koninkrijk neerzetten in Pendrecht. En dat gaan we doen met alle inwoners van onze wijk.
De aartengel Dominic brengt ook een bezoek aan andere ‘parels in de wijk’. “Schrik niet parels, ik kom jullie goed nieuws brengen.” De parels, die nog nooit zo iers bijzonders hebben meegemaakt, zijn erg verbaasd, maar ze luisteren. “Er zijn twee inwoners met hun Baby bezig met een heel bijzondere kerstboom. Die kerstboom zal vrede en kracht brengen in Pendrecht. Willen jullie hen helpen?”
Als de Engel is verdwenen gaan de parels meteen op pad naar het buurthuis van Pendrecht. In het buurthuis vinden ze Bien, Gerard en hun Baby.
Ook drie wijzen uit het Oosten zijn op weg naar Pendrecht. Ze hebben gehoord dat er iets groots gaat gebeuren, al weten ze niet precies wat. Zij zijn naar Pendrecht vertrokken om Bien, Gerard, Baby en al die anderen te steunen en om bekend te maken dat er iets heel bijzonders gebeurt in Pendrecht. De drie wijzen hebben ook een mooi cadeau meegebracht – geen goud, wierook of mirre dit keer, maar iets wat ze een ‘vitale coalitie’ noemen. De mensen in Pendrecht weten niet goed wat daarmee te doen, maar het lijkt ze wel interessant en ze aanvaarden het dankbaar. “Het zijn nu eenmaal wijzen en die zullen wel weten wat ze doen”.
Op 19 december is de grote feestavond rond de speciale kerstboom. Koning Opstelten komt hoogst persoonlijk een bezoek brengen aan de boom. De kerstboom staat inmiddels symbool voor samenwerking en zelfvertrouwen. Hij laat de kracht van de mensen in Pendrecht zien. En die is zo sterk, dat zij die hopelijk – met hulp van de koning, de aartsengel, de parels en de wijzen – nog jaren kunnen vasthouden en er op voort kunnen bouwen.