Heel behulpzame mensen die Zuidlanders. “Als je die straat kiest en een beetje doorrijdt kom je bij de voormalige brandweerkazerne en daar hebben ze een museum over Zuidland en de watersnoodramp. Ze zijn open op dinsdagsmiddag.”
De voorrijders van de fietstocht op 14 september vroegen in Zuidland waar nou toch het gedenkmonument van de watersnoodramp was. Annemarie Hoek van het gemeentehuis had hen verteld dat er zo’n monument was en dat je daar goed kon zien hoe het er na de ramp van 1 februari 1953 uit moet hebben gezien.
De Zuidlanders wisten niet precies te vertellen waar dat dan zou moeten staan. Ze wezen wel op de korenaar bij de muziektent in hartje Zuidland.
Een andere mevrouw raadde het tweetal voorrijders aan naar het Blushûs te gaan. Daar kon je veel zien over het dorp en over haar geschiedenis.
Ze hadden niet veel tijd, maar gingen toch even kijken. Op dinsdag zitten alle vrijwillige medewerkers van het Blushûs in het museum en drinken om 15:00 uur samen koffie.
En jawel hoor ze kregen er koffie en veel verhalen. De mensen van de vereniging weten inderdaad veel over het dorp en de omgeving. De vereniging geeft een blaadje uit en doet het allemaal zonder subsidie. Leden en donateurs en advertenties zorgen voor voldoende geld om het Blushûs draaiende te houden. Het huis was ooit een brandweerkazerne en de vrijwilligers hebben er een dak op gezet. Het gebouwtje staat vol materiaal en er is zelfs een maquette van Zuidland.
Zaterdag 14 september gaat het Blushûs van 12 tot 14 uur open voor de fietsers uit Pendrecht. De penningmeester zal er dan uitleg geven over wat de fietsers maar weten willen.
In de kerk van Zuidland is er die dag een tentoonstelling. Het is dan open monumentendag, vandaar.
De mensen van het Blushûs kennen hun collega-organisatie in Charlois, Historisch Charlois.
Ze willen ook graag advies geven aan het Pendrecht Museum. De voorzitter van de Zuidlandse club heeft Bien Hofman al aan de telefoon gekregen. Dat kan nog een interessante follow up krijgen.