‘Waar een wil is, is een weg’

ROTTERDAM – Net als op tal van plaatsen elders in Rotterdam, ging ook in Wijkcentrum De Middelburgt in de wijk Pendrecht op zaterdag 25 oktober, een gevarieerd gezelschap van een tiental bewoners van de multiculturele stad met elkaar in dialoog. Het resultaat is een geslaagde gespreksronde waarin termen als doorzettingsvermogen, inzet, respect voor elkaar, gastvrijheid en samenwerking sleutelwoorden zijn voor het op harmonieuze wijze samenleven van verschillende culturen.

Voorzitter Stefanie Beynes opent met een korte lezing, waarin mensen als sterren een stroom van liefde verspreiden. Ze wijst op het bijzondere gegeven dat in heel Rotterdam op dit moment verschillende mensen met elkaar in gesprek zullen gaan en dat dit een zeer inspirerend idee is.

Na deze inleiding gaat de eerste ronde van deze Dag van de Dialoog 2003 van start. Tijdens deze eerste ronde is het de bedoeling dat eenieder zijn of haar ‘held’ of ‘helden’ in het leven beschrijft. Deze ronde geeft de deelnemers de gelegenheid zich voor te stellen en iets over hun leven te vertellen en daaruit blijkt gelijk ook de grote variatie in achtergrond van de deelnemers.
Stefanie Beynes beschrijft haar werk in Dordrecht waar zij zich inzet voor verschillende doelgroepen. Haar helden zijn haar vriend en haar overleden moeder, beiden vervullen een zeer belangrijke rol in haar leven. Odie van Eupen, momenteel bezig haar studie af te ronden, schetst de rol van haar vriend als haar held, vanwege zijn steun en vriendschap. Daarnaast beschouwt zij haar ouders en broertje en zusje als helden, vanwege hun voorbeeldfunctie en hulp die ze altijd heeft ervaren.
Cemal, die afkomstig is uit Turkije en sinds 1979 in Nederland woont, beschouwt zichzelf als zijn held, vanwege het feit dat hij zich hard heeft ingezet om hier een toekomst op te bouwen.
Orhan, ook van Turkse komaf, beschouwt zijn oudste zus als zijn held. Orhan woont nu drie jaar in Nederland en beschrijft de steun die hij altijd van zijn zus heeft gehad.
Elly Tahitu, verantwoordelijk voor deze tafelschikking, geeft aan dat ze haar twee kleinkinderen als haar helden ziet en daarnaast Nelson Mandela waardeert en als een voorbeeld ziet, vanwege zijn doorzettingsvermogen. Bien Hofman geeft aan dat ze haar kleindochter van tien jaar als haar held ervaart, vanwege de open en nieuwsgierige wijze waarop zij door het leven gaat.
Alex Norvatidus, geboren in Griekenland, zoon van Turkse ouders, kwam als gastarbeider naar Nederland en was zo’n dertig jaar werkzaam hier. Zijn held is zijn Nederlandse vrouw, vanwege haar voortreffelijke culinaire vermogen Griekse en Turkse gerechten te bereiden en daarnaast haar enorme gastvrijheid. Daarnaast beschouwt hij Rieks en Bien, die naast hem aan tafel zitten, als zijn helden, vanwege hun inzet voor de samenleving.

Om 15.30 nemen Semih en Ramazan, beiden van Turkse afkomst, de plaats van Cemal over. Rieks gaat verder met de verwoording van zijn helden, zijn vader en moeder. Rieks is sinds 1976 opbouwwerker en sinds 1982 als opbouwwerker werkzaam in Rotterdam. Naast zijn ouders beschouwt hij ook de wielrenner Lance Armstrong als zijn held, vanwege zijn motto ‘Never give up’. Daarnaast beschouwt hij Semih als zijn held.
Tiny van Ingen beschouwt haar kleinkinderen als helden en heeft daarnaast veel steun aan haar overleden moeder, waar ze veel aan terugdenkt wanneer zaken in haar omgeving haar boos maken. Mehmet uit Turkije beschouwt zijn vader en zijn moeder als zijn helden vanwege hun eerlijkheid en vriendelijkheid. Semih, vierendertig jaar woonachtig in Nederland, beschouwt zijn vader als zijn held, vanwege zijn doorzettingsvermogen en verbindt hieraan de spreuk ‘waar een wil is, is een weg’. Ramazan, geboren in Turkije, is vijf jaar gelden naar Nederland gekomen en beschouwt zijn schoonvader als zijn held.

“Er bestaat niet
iets als één volk”

Tijdens de tweede ronde is het de bedoeling dat de deelnemers invulling geven aan de stelling ‘En hier ga ik voor’. ‘Wanneer was dat?’. Deze tweede ronde wordt weer ingeleid door voorzitter Stefanie Beynes met een korte tekst. Het motto van deze ronde is dat als je echt iets wilt, kun je het ook en de deelnemers moeten een moment beschrijven waarbij ze iets heel belangrijk vonden, een moment waar ze trots op zijn.

Stefanie Beynes begint deze ronde met een moment dat zij in haar werk ondervond waarbij de samenwerking in een team, bij de totstandkoming van een activiteit haar een gevoel van trots gaven. Alex beschrijft zijn inzet in zijn woonomgeving en is trots op zijn ondersteuning en behulpzaamheid aan de Turkse Gemeenschap. Hij stelt vervolgens dat er niet iets bestaat als één volk. Rieks Westrik vervolgt de ronde met een verhaal over de organisatie van ‘Thuis op straat’, waarbij zijn inzet ervoor heeft gezorgd dat een feest georganiseerd kon worden met een bijbehorende trommelband, iets waar hij achteraf erg trots op is.
Tiny vertelt over haar fietstocht naar Santiago de Compostello, waarbij ze voor het eerst in haar leven het gevoel had dat ze iets voor haarzelf had gedaan. Ze vertelt over het moment boven op de berg waarbij een trots gevoel zich van haar meester maakte. “Je kan zoveel meer dan je denkt”, voegt ze er aan toe.
Mehmet is trots op Nederlandse mensen en andere buitenlanders. Hij wijst op het Grieks-Turkse probleem dat jaren speelde en is trots op de rol van Nederland en de samenwerking tussen Nederlanders en andere mensen.
Odie geeft aan dat ze trots is op de wijze waarop ze zelf veel dingen heeft bereikt door haar aanpassingsvermogen. Een echt trots gevoel kreeg ze bij het behalen van een prijs voor haar afstudeerscriptie.
Semih is trots op zijn rol in een conflict op zijn werk, waarbij iemand vanwege zijn geloofsovertuiging werd gekleineerd. Hij is trots op zichzelf vanwege het feit dat hij het heeft opgenomen voor deze persoon tegenover een groep mensen en stelt dat iemand ‘in zijn waarde laten’ in zijn ogen erg belangrijk is.
Ohran is trots op zijn gastvrijheid een tien jaar geleden, waarbij hij in Turkije Nederlandse toeristen uitnodigde om bij hem te logeren.
Ramazan is trots op zijn herwonnen zelfvertrouwen en wijst op zijn al eerder genoemde held, die hem dat zelfvertrouwen gaf. In Nederland heeft onder andere het leren van de taal hem meer zelfvertrouwen gegeven en daar is hij trots op.
Bien geeft aan dat ze erg trots is op de periode dat ze een kleinkind, vijftig jaar werd en een nieuwe baan vond. Daarnaast is ze erg trots op Turkse mensen die Nederlands willen leren.
Elly is trots op het feit dat het gelukt is een tafel vol mensen vandaag te krijgen. Ook is ze trots op haar inzet voor het organiseren van een leuke middag voor de kinderboekenweek, waarbij zij ervoor heeft gezorgd dat er een aantal levende reptielen te bezichtigen was.
De laatste ronde dient zich aan en alvorens de deelnemers een wens moeten uitspreken over iets dat mensen samenbrengt, worden er hapjes geserveerd.
Op aparte kaartjes schrijft ieder een persoonlijke wens en een voornemen voor de toekomst op.
Vanwege het feit dat Odie eerder weg moet, zal zij beginnen. Ze geeft aan dat haar wens is dat iedereen openstaat voor elkaar en respect heeft voor elkaar. Daarnaast moet iedereen streven naar een opbouwende rol in deze samenleving.