Op de foto links Cees Dorsman en rechts León Lissitza tijdens de prsentatie in Restaurant Zuiderkroon. De Opzoomeraars van Zuiderkroon hadden zich allemaal in carnavalsoutfit gestoken.
Het AD schreef er het volgende artikel over op dinsdag 29 mei in Dichtbij, pagina 3.
ROTTERDAM – ,,Ik heb 74 jaar moeten wachten om bekend te worden. Maar nu heb ik mijn champagne en bloemen.” Met relativerende humor vat Rotterdammer León Lissitza zijn overwinning samen op het Nationale Ouderensongfestival.
Het songfestival beleefde dit weekeinde de finale in de uitverkochte Stadsschouwburg van Amsterdam. Lissitza won daar met het lied Granada, een ode aan de gelijknamige stad in het Spaanse streek Andalusië.
De deelname van Lissitza aan de twaalfde editie van het Ouderensongfestival ontstond bij toeval. De 74-jarige Rotterdammer van Spaanse origine zong voor een paar oude dames in het restaurant van het Pendrechtse seniorencomplex de Zuiderkroon. ,,Ik zing ontzettend graag voor oude dametjes,” zegt Lissitza. ,,Dat is ontstaan toen mijn vrouw een herseninfarct kreeg en werd opgenomen in het revalidatiecentrum. Ik zag daar veel oude dametjes die nooit bezoek kregen. Speciaal voor hen ben ik Spaanse, Italiaanse en Franse liedjes gaan zingen. Een medewerkster hoorde dit en gaf mij vervolgens op voor het songfestival.
Lissitza moest zondag met 216 zangers en zangeressen in de hoofdstad strijden om de eerste plaats. In de voorrondes werd al snel duidelijk dat de Pendrechter hoge ogen zou gaan gooien bij het festival. ,,Ik kom uit een muzikale familie. Wij zongen thuis altijd.”
De overwinning heeft Lissitza bloemen, champagne en felicitaties opgeleverd. Daarnaast krijgt hij een uitnodiging om een cd en een dvd te maken. Vanmiddag zingt hij, onder meer met een koor, tussen 16.00 en 18.00 uur in de Zuiderkroon aan het Vlissingenplein in Pendrecht.
De zanger is blij met zijn overwinning, maar relativeert meteen de verhalen over zijn beroemdheid. ,,De bekendheid van een wedstrijd gaat voorbij. Bekend moet je zijn bij je vrienden en familie. Dat is wat belangrijk is, want dat is blijvend.”