Column van onderzoeker in Pendrecht, Maurice Specht

Maurice Specht (rechts in het rood witte shirt) droeg de volgende column voor tijdens het bijzondere college van de Pendrecht Universiteit op 8 augustus 2009:

Column Pendrecht MediaLink, 8 augustus 2009

Op 14 februari, de dag van de liefde, was de liefde tussen de Pendrecht Universiteit en de media over. Sterker nog, de initiatiefnemers van de Pendrecht Universiteit verklaarden de media een koude oorlog. In korte tijd was er in de media, in de ogen van de Pendrecht Universiteit, meerdere malen op een verkeerde manier omgegaan met de wijk. De enige gepaste reactie was volgens hen een mediastop.
Waar draait dit conflict nu eigenlijk om? Volgens mij draait het allemaal om de beeldvorming over de wijk. Dit kunnen we op ten minste twee manieren zien. Ten eerste in de relatie tussen een beeld en zijn achtergrond. We zien iets altijd tegen een achtergrond. De manier waarop je iets aankleedt, uitlicht en zichtbaar maakt, heeft groot effect op hoe we iets ervaren. Een kunstwerk, of het nu een schilderij, een muziekstuk, of een theaterstuk is, krijgt mede zijn schoonheid door de manier waarop het tentoongesteld wordt. Dat is waar bewoners zich boos om hebben gemaakt. Het ging denk ik niet zozeer om het feit dat er op negatieve incidenten werd ingezoomd, maar juist dat de context waarin dit plaatsvond als gegeven werd beschouwd. Als iets dat je impliciet kon laten.
Want iedereen weet toch waar we over hebben als we spreken over Pendrecht? Een achterstandswijk waar veel criminaliteit heerst, waar grote problemen bestaan met allochtonen? Waar slechte huizen staan? En oh ja, was dat ook niet die wijk waar die jongen was vermoord die een sneeuwbal had gegooid? En waar ook nog groepsverkrachtingen in kelderboxen plaatsvonden? Oh ja, die wijk was het. Nou, dan snappen we dit laatste incident ook wel.
Maar daar zit hem de pijn. Veel van deze dingen zijn in het verleden gebeurd. Er is inmiddels veel in gang gezet om dit soort incidenten niet meer te laten gebeuren. Moet dat niet worden meegenomen in het verhaal? En is het misschien ook niet meer dan dat, namelijk een incident? Iets wat overal had kunnen gebeuren en waar we niet meer van moeten maken dan dat het is? En daarnaast moet je je afvragen of al deze dingen die in de wijk gebeuren ook daadwerkelijk tot de wijk behoren? Sommige zaken gebeuren wel in een wijk, maar vinden hun oorzaak, en hun oplossing, ergens anders. Moet je het dan aan een wijk toeschrijven? Dit zijn volgens mij vragen die bewust of onbewust hebben meegespeeld in het afkondigen van de mediastop.
Er is natuurlijk altijd de spanning tussen een incident en haar context. Hoeveel context is nodig om een incident te begrijpen wat er aan de hand is. Daar moet je een balans tussen vinden. Sommige zaken kun je impliciet laten, sterker nog moet je impliciet laten, want anders wordt ieder verhaal wel een heel lang verhaal. Andere zaken moet je juist expliciet maken. De mediastop is een uitnodiging om kritisch na te denken over wat je over de wijk Pendrecht impliciet kan laten, en wat je expliciet moet maken. Over wat achtergrond is, en wat op de voorgrond moet treden.
De mediastop is ook een moment van bezinning geweest. Een moment om na te denken hoe je nu omgaat met een negatief imago. Want dat het moeilijk is om te vechten tegen een negatief imago weet iedereen. Een goed voorbeeld vinden we in de voetballerij. Voetballers die zich keer op keer laten vallen, hebben de schijn tegen zich als ze eens daadwerkelijk in het strafschopgebied worden neergehaald. Alle keren dat dit gebeurt worden vergeten en de schwalbes worden keer op keer uitgelicht. Dit geeft aan waar we hiermee te maken hebben. Incidenten bevestigen het imago, en positieve verhalen kunnen worden weggezet als incidenten. Leuk, maar ook niet meer dan dat.
In dit kader zou ik de mediastop ook willen zien als een uitnodiging. Een uitnodiging aan allen om na te denken over hoe je omgaat met incidenten. Je wilt niet in de verdediging gaan, noch is het verstandig om incidenten te bagatelliseren of weg te stoppen onder een mantel van liefde en goede bedoelingen. Maar dat betekent niet dat men niets moet of kan doen. Is de mediastop misschien een uitnodiging aan bewoners om na te denken hoe ze hun wijk naar buiten toe willen vertegenwoordigen? Maar ook naar binnen toe hoe ze zichtbaar kunnen maken naar anderen dat het hier goed wonen is, want blijkbaar zijn er nog altijd mensen die negatief over de wijk denken? Maar ook een uitnodiging aan de media om na te denken over hoe ze een wijk portretteren en hoe ze met een wijk omgaan. De mediastop was met andere woorden ook een uitnodiging om na te denken over nieuwe omgangsvormen
Ik wil graag eindigen met een voorbeeld van een interessante omgangsvorm. Dit is denk ik tot nu toe ook een incident, maar is volgens mij niet iets wat we moeten wegstoppen. In het kader van mijn onderzoek heb ik vier maanden in Dortmund gewoond en in mijn tweede week werd er op de nationale televisie een driedelige serie uitgezonden over de wijk waar we onderzoek deden. Vooraf waren mensen enerzijds nieuwsgierig omdat de journalisten gedurende drie maanden in de wijk aanwezig waren geweest. Anderzijds waren ze ook bevreesd, want hoe zou de wijk geportretteerd worden? Om met dit dubbele gevoel om te gaan, hadden een aantal actieve bewoners samen met de documentaire-makers afgesproken om het laatste deel gezamenlijk te bekijken en daarna er met elkaar over in gesprek te gaan. Voor veel bewoners was de uitzending een aaneenschakeling van bevestigingen van vooroordelen over de wijk en de meeste reacties waren dan ook heel negatief. Dit lijkt daarmee slechts een bevestiging van ervaringen hier in Pendrecht. Maar er gebeurde toch iets interessants in de zaal, maar vooral ook daarna. In de zaal konden mensen eindelijk rechtstreeks met de journalisten spreken die hen geportretteerd hadden. Dit vraagt moed van de journalisten, omdat ze de negatieve reacties vanuit de zaal konden verwachten, maar gaf hen ook de kans om te zien wat de impact is van hun programma. Verder gaf het mensen ook een inzicht in de gedachtegang van de programma-makers, gaf het inzicht in de keuzes die er gemaakt waren en hoorde men ook de andere kant van het verhaal. Dit maakte ze niet minder kritisch, maar had toch een enigszins louterend effect. Maar het had ook een effect buiten de zaal, doordat mensen met elkaar in gesprek bleven. En dan niet enkel in de zin van erover klagen, maar door gericht na te denken over hoe ze het imago van hun wijk konden verbeteren. Het beeld bracht mensen bij elkaar die anders niet of nauwelijks met elkaar spraken, en heeft er in enkele gevallen zelfs toe geleid dat er nieuwe initiatieven in de wijk ontstonden.
Een dergelijke gedurfde zet om samen over een programma na te denken is iets wat volgens mij een interessante omgangvorm kan zijn. Het zou ook iets zijn waar de Pendrecht Universiteit een rol in zou kunnen spelen. Want net zoals de mediastop, denk ik dat deze nieuwe omgangsvorm past bij de algemene visie die de Pendrecht Universiteit uitdraagt: proberen mensen met en door andere ogen naar iets te laten kijken waarvan ze dachten te begrijpen wat het was.
De mediastop was misschien niet zozeer een koude oorlog, maar eerder een pas op de plaats. Een pas op de plaats waarin een ieder gevraagd werd na te denken over hoe we over wijken en elkaar kunnen spreken. De mediastop van 14 februari was dus niet zozeer een oorlogsverklaring, maar de vraag om op de dag van de liefde eens goed na te denken over je relatie. Hopelijk kunnen we na deze bezinning weer jaren met elkaar vooruit.

Maurice Specht is promovendus bij het Nederlands Studiecentrum voor Criminaliteit en Rechtshandhaving (NSCR), waar hij onderzoek doet naar praktijken van bewonersparticipatie in diverse Europese wijken. Een van de daarbij onderzochte wijken was Pendrecht.
De resultaten van dit onderzoek worden binnenkort bij NICIS gepubliceerd onder de titel: Geëngageerd bewonerschap. Etnografisch onderzoek naar praktijken van bewonersparticipatie.