Wijkpredikant At Polhuis leidde de jubileum viering in met de woorden: “Wie moet ik feliciteren? Jan van Dijk met zijn jubileum of u met zo’n goede organist?” Hij feliciteerde beiden. Hij omschreef Jan van Dijk als een vriendelijke man, nooit op de voorgrond en soms een tikkeltje verstrooid. Als organist wordt Jan anders. Hij neemt te leiding en ook als dirigent is hij zeer kritisch. Toch altijd bescheiden en dienstbaar aan de gemeente en dienst aan de Heer.
Hij leidde vervolgens het cadeau in. Organist Jacques van Oortmerssen gaf een orgelconcert voor Jan van Dijk, maar uiteraard ook voor de overige genodigden. De kerk was behoorlijk gevuld met mensen, die Jan van Dijk een warm hart toedragen.
Er volgde een omhelsing tussen de beide organisten. En Van Oortmerssen gaf een prachtig concert. Er was overigens een korte hapering. Het orgel bleef hangen en verschillende mensen waaronder Jan van Dijk kwamen de concert-organist te hulp om het euvel te verhelpen. Het orgel liet , zoals At Polhuis later zei, zijn eigen karakter zien.
Jan van Dijk kreeg de gelegenheid zelf een kort woord in de kerk te spreken. Dat kort zou wel meevallen, dacht Polhuis. Van Dijk kreeg een hartelijk applaus en zei adrem dat wat de dominee zei met een korreltje genomen moest worden. Dominees kunnen er bij toespraken ook wat van. Hij dankte iedereen hartelijk voor het prachtige cadeau. Vooral de fuga had hem zeer geraakt. Zijn zoon David speelde dit muziekstuk vaak op de viool.
Hij vertelde dat hij erg blij was dat Bram Stek hem destijds vroeg om organist te worden. Hij werd toen betaald uit de krantenpot. Jacques van Ootmerssen had veel gespeeld op het prachtige orgel, dat zijn vader had laten bouwen in de Open Hofkerk. Jacques ontwikkelde zich tot een wereldberoemd organist. Dat neemt niet weg dat hij Jacques pas in Pendrecht rond zag lopen met een fotoestel om zijn geschiedenis in de wijk vast te leggen. Ook waar Jacques woonde moest onlangs aan de sloophamer geloven.
Met de muziek gaat het goed aldus Jan van Dijk. Er worden mooie concerten gegeven in de Open Hofkerk. Met de gemeente gaat het niet zo best. Maar hij rekent op betere tijden.
Hij haalde ook een uitspraak van de toonaangevende organist Gustav Leonard aan. Een organist van een kerk moet niet te goed en niet te slecht zijn. In beide gevallen gaat het mis in de kerk. Hij hoopte dat hij aan dat beeld voldeed. En zei zich samen met zijn vrouw Jannie zich nog steeds heel gelukkig te voelen hier.
Na zijn toespraak kreeg nog één iemand het woord. Onder het gehoor zat portefeuillehouder Lionel Martijn van de deelgemeente Charlois. Die had een Karel de Stoutespeld voor de jubilaris. De deelgemeente heeft immers ook veel aan zo’n organist en dirigent te danken, wilde Martijn aan Jan van Dijk overbrengen.
Hierna ging het gezelschap naar de ontmoetingshal waar een receptie was aangericht ter ere van Jan van Dijk en waar hij nog een aantal toespraken en zelfs een lied op de wijs van: In een blauwgeruite kiel, kreeg toegezongen.